HUISREGLEMENT JJC ISSHIN POPERINGE

Start van de Ju-Jitsu:

Pantoffels zijn noodzakelijk om u te begeven van de dojo naar de kleedkamers en terug. Voor de les lijnen alle ju-jitsuka's op.

Respect voor elkaar en voor de dojo:

Al van in het begin  tonen we respect door te groeten naar elkaar. Ook groeten we zodra we de tatami betreden of verlaten.

Sieraden, piercings en allerlei bandjes horen niet in een training ju-jitsu en fitness. Belangrijk, niet alleen om jezelf te beschermen maar ook om je tegenstanders te beschermen.

Aangepaste kledij is een must. Iedere ju-jitsuka dient geleidelijk in het bezit te zijn van een witte kimono.

Een schelp ter bescherming van het kruis is ook sterk aan te raden zowel bij jongens als bij meisjes.

Wie traint voor fighting , moet ook een bit aanschaffen om de tanden te beschermen.

Men kan steeds bij de lesgevers langs gaan om te informeren over het beschermingsmateriaal dat je nodig hebt.

Wij zijn samen verantwoordelijk:

De tatamizaal niet betreden zonder toezicht. De JJC Isshin vzw is niet verantwoordelijk voor ongevallen in en buiten de dojo die te wijten zijn aan ongehoorzaam of onverantwoord gedrag.

Hou de kleedkamers proper en verlaat ze in stilte zodat je de les die bezig is niet stoort.

Ju-jitsuka's worden aan de dojo afgezet en opgehaald door een volwassen ouder/voogd. Respecteer de begin- en eindtijd van de training aub! Toezicht van JJC Isshin is er enkel in die trainingstijd. Spreek, bel en/of mail zo nodig vooraf naar de trainers en alle verantwoordelijken van het secretariaat als daar gebeurlijk iets tussenkomt. Mailen kan naar info@isshinpoperinge.be. Bellen kan naar 0472-599091. Met deze regelgeving willen we aantonen dat goede afspraken belangrijk zijn in functie van aansprakelijkheid en verzekering. Indien nodig wordt dit herhaald en dusdanig gemaild en gemeld aan alle betrokkenen.

Examens:

Bij het afleggen van een examen krijgen de ju-jitsuka's een plakkend streepje. Wil dit extra vastnaaien voor de volgende training. Na 4 streepjes, verdienen ze een nieuwe Gordel. Wil deze naamtekenen tegen de volgende training.

Wettige verdediging

Omtrent wettige verdediging zijn er heel wat vragen en ook misverstanden. Wanneer mag ik mezelf verdedigen? Moet ik eerst een slag in mijn gezicht ontvangen alvorens er een terug te geven? Mag ik mezelf niet verdedigen wanneer ik wekelijks een vechtsport beoefen? Wat mag en wat mag niet? Het is allemaal niet zo duidelijk.

Onderstaande tekst behandelt de wetgeving omtrent zelfverdediging. De praktijk is echter een stukje ingewikkelder en elke situatie is anders. Men kan je geen pasklaar antwoord bieden op vragen zoals "wat is het gevolg indien ik mezelf verdedig?" en men belandt vaak in een grijze zone. Bovendien ga je niet de tijd hebben om na te denken over wetgeving indien je plots wordt aangevallen in een donkere steeg. Geloof niet alles wat men vertelt "aan de toog". Elk geval wordt apart onderzocht. Wordt er klacht ingediend, wie zijn de betrokken personen, zijn er getuigen, wat zeggen de getuigen, is er nog ander bewijsmateriaal, enzovoorts. Uiteindelijk is het de rechter die bepaalt of je hebt gehandeld zoals een goede huisvader en uiteindelijk over jouw lot beslist.

Toch is het belangrijk dat we allen kennis hebben van enkele basisregels omtrent wettelijke (zelf)verdediging. Zeker iemand die al jaren vechtsporten beoefent, dient op de hoogte te zijn van de wetgeving. Hoe meer je ervaring, hoe groter je verantwoordelijkheidsbesef. Om deze reden dient men bij onze ju-jitsufederatie ook over een basiskennis wettige verdediging te beschikken om een zwarte gordel te kunnen behalen. Isshin beschikt over gequalificeerde trainers die weten waar ze mee bezig zijn! Een vechtsport onderwijzen is niet hetzelfde als een partijtje kaarten.

INLEIDING WETTIGE VERDEDIGING

In een beschaafde maatschappij wordt de bescherming van de rechten van ee nieder verzekerd door de Staat die voorziet in een gerechtelijk en politieel apparaat. Het is aan een individu dus niet meer toegelaten zijn toevlucht te nemen tot enige vorm van geweld om zichzelf recht te verschaffen.

Vermits het individu zijn recht tot verdediging heeft afgestaan aan de gemeenschap en hij zodoende aan de Staat de verplichting heeft overgedragen hem te beschermen en de wettigheid te doen naleven, stelt er zich een probleem wanneer een onrechtmatig aangevallen persoon ten gevolge van een tekortkoming van de Staat (m.a.w. de politie komt te laat!) niet meer op een adequate manier beschermd wordt. Aangezien die burger op dat ogenblik door de Staat aan zijn lot wordt overgelaten, heeft hij het recht om zich in de plaats van de falende gemeenschap te stellen en op die manier de eerbiediging van zijn rechten en belangen te verzekeren.

De gemeenschap zal in dat geval geen straf opleggen aan hem die door zijn tussenkomst tot de handhaving van de maatschappelijke orde en het rechtsbehoud heeft bijgedragen. Elke staatsburger zal dus gewettigd geweld mogen gebruiken indien hij zich zal kunnen beroepen op een rechtvaardigingsgrond.

Een rechtvaardigingsgrond is een door de wet erkende omstandigheid waardoor het wederrechtelijk of onwettig karakter van een gestelde daad opgeheven wordt. Al de constitutieve elementen van het welbepaalde door de wet als strafbaar omschreven gedrag moeten echter aanwezig zijn. Wat door de wet niet is verboden, is niet strafbaar, en moet derhalve niet gerechtvaardigd worden.

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR WETTIGE VERDEDIGING

Opdat iemand die een misdrijf heeft gepleegd de wettige verdediging zou kunnen inroepen om zijn gedragingen te rechtvaardigen en het strafbaar karakter ervan aldus te doen wegvallen, moeten de volgende voorwaarden vervuld zijn.

1. De aanranding moet gericht zijn tegen personen

De rechtvaardiging kan ingeroepen worden zowel voor de eigen verdediging, als voor de verdediging van eigen personen. Wettige zelfverdediging kan ook aangewend worden bij de verdediging tegen aanvallen op de persoonlijke vrijheid of bij bescherming van de eerbaarheid. De bescherming van goederen valt buiten het toepassingsveld van de wettige verdediging. Het geval van art. 417 S.W.B. is geen echte uitzondering aangezien wij altijd moeten kunnen geloven in een aanval tegen personen, het geval van art. 417 laat enkel een vermoeden van noodzakelijkheid van afweer rijzen.

2. De aanranding moet wederrechtelijk zijn

Zo kan de aanrander die op weerstand stuit van de aangerande persoon zelf geen wettige verdediging inroepen tegen het slachtoffer dat zich verzet. Men is evenmin gerechtigd zich te verweren tegen het rechtmatig optreden van de overheidsagent, zoals bijvoorbeeld bij uitvoering van een bevel tot aanhouding of tot medebrenging. Wel wordt verzet tegen onwettige handelingen van de overheid aanvaard, wanneer deze handelingen kennelijk onwettig zijn.

3. Het verweer moet ogenblikkelijk zijn

Als de aanranding reeds voltooid is of in geval van toekomstig gevaar kan geen wettige verdediging ingeroepen worden. In het eerste geval zou het kunnen gaan om een daad van wraakneming en in het laatste geval zou de reactie van het slachtoffer te voorbarig zijn. In deze gevallen echter zouden wel verzachtende omstandigheden of strafverminderende verschoningsgronden in aanmerking kunnen genomen worden.

4. Het verweer moet noodzakelijk zijn

Het is niet vereist dat de aanranding levensgevaarlijk zou zijn, toch moet zij voldoende ernstig zijn om een onmiddellijk en gewelddadig verweer als noodzakelijk te doen voorkomen. Verder mogen er voor de aangevallene in redelijkheid geen andere wegen openstaan dan een gewelddadige verdediging. Indien de aangerande persoon tijdig beroep kan doen op hulp van de overheid, zou de noodzaak van een ogenblikkelijk verweer eventueel in twijfel kunnen getrokken worden, men is echter niet verplicht te vluchten, ook al was dit mogelijk. De aanval is dus al begonnen of staat op het punt om uitgevoerd te worden en er is geen mogelijkheid om tijdig de hulp van de overheid in te roepen noch de mogelijkheid om het gevaar op een andere wijze af te weren.

5. De afweer moet in verhouding staan tot de aanval

De verdediging door bijvoorbeeld doding, wanneer redelijkerwijze lichte verwondingen hadden volstaan is niet noodzakelijk. Deze verhouding niet in acht nemen komt neer op rechtsmisbruik en houdt zelf een aanval in. Die evenredigheidseis moet echter met realiteitszin beoordeeld worden. Alleszins kan de onrechtmatigheid van de aanranding als verzachtende omstandigheid of als verschoningsgronden gelden voor diegene die het evenredigheidsprincipe zou miskend hebben. Bovendien zal alleen de manifeste en ondubbelzinnige wanverhouding in de praktijk tot strafvervolging aanleiding geven.

Bovenstaande 5 punten zijn de constitutieve elementen van wettige verdediging. In sommige lectuur vat men punt 3 en 4 samen in ee n punt, namelijk de ogenblikkelijke noodzaak van verdediging. In feite komt er nog ee n extra voorwaarde bij te pas, n amelijk dat aan al deze voorwaarden tegelijk moet voldaan worden om te kunnen spreken over wettige verdediging. Wordt er m.a.w. aan ee n van bovenstaande voorwaarden niet voldaan, dan zal men zich niet kunnen beroepen op wettige verdediging.

SITUERING EN BEGRIPPEN VAN DE RECHTSFIGUUR WETTIGE VERDEDIGING

Wettige verdediging is een rechtvaardigingsgrond. Ons strafrecht is een schuldstrafrecht, dit wil zeggen dat naast de daad, materieel bestanddeel genoemd, ook een zeker bewustzijn in hoofde van de dader moet bestaan, psychologisch bestanddeel genoemd. Als beide verenigd zijn, dus als iemand welbewust de strafwet overtreedt, spreken wij van een misdrijf. Er zijn echter bijzondere omstandigheden welke de gepleegde feiten het karakter van misdrijf ontnemen. Die omstandigheden noemen wij rechtvaardigingsgronden

De rechtvaardigingsgronden zijn door de wet of door het recht erkende omstandigheden, waardoor het wederrechtelijk karakter van de gestelde daad opgeheven wordt, waardoor deze daad dus geoorloofd is. Door de rechtvaardigingsgronden is het gepleegde feit geen misdrijf meer, daardoor zullen de personen die hebben deelgenomen aan de feiten niet strafbaar zijn.

OPSOMMING VAN DE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN

1. Gebod van de wet en bevel van de overheid

Art.70 S.W.B. Er is geen misdrijf wanneer het feit door de wet is voorgeschreven en door de overheid bevolen is. Zoals de opgevorderde slotenmaker die een deur openbreekt opdat een huiszoeking zou kunnen verricht worden, of bij voltrekking bij ter doodveroordeling is de beul niet schuldig aan moord. Het betreft hier dus in hoofdzaak zaken aangaande de handhaving van de openbare orde, zoals bijvoorbeeld het stopteken gegeven door een agent bij wegcontroles.

2. De noodtoestand

Dit is de enige rechtvaardigingsgrond die niet bepaald is bij de wet, maar die ontstaan is in de rechtspraak. De noodtoestand is de situatie waarin een persoon verkeert, die gesteld tegenover een voor hem of voor derden ernstig en dringend kwaad, de bepalingen van de strafwet schendt ten einde rechtsbelangen of rechtsgoederen te vrijwaren die hij gerechtigd was of tot plicht had boven anderen te stellen. Zoals een brandweerman die om personen en / of goederen te beveiligen, die door brand worden bedreigd, de afsluiting van een naburig gebouw beschadigt of vernielt. Het is vanuit het begrip noodtoestand dat het aanwenden van geweld door politieambtenaren tegen personen mits wettige redenen gerechtvaardigd kan worden geacht.

3. De wettige (zelf)verdediging, ook noodweer genoemd

Dit is het recht tot afweer van onrecht, dit is een rechtvaardigingsgrond die als het ware een overblijfsel is uit de oertijd. Deze rechtsfiguur wordt door sommige rechtsgeleerden niet alleen aanzien als een recht maar zelfs als een plicht gefundeerd op het sociale belang en de verdediging van de maatschappij. Luidens art.416 S.W.B. is er noch misdrijf noch wanbedrijf, wanneer de doodslag, de verwondingen of de slagen geboden zijn door de ogenblikkelijke noodzaak van de wettige verdediging van zichzelf of van anderen.

Art.417 S.W.B. geeft twee gevallen aan die, op grond van een wettelijk vermoeden, moeten gerekend worden tot de gevallen van ogenblikkelijke noodzaak waarover art.416 S.W.B. handelt. Ze betreffen het afweren van aanrandingen tegen eigendommen die gepaard gaan met een aanslag of alleszins ernstige bedreigingen gericht tegen personen.

TOEPASSELIJKE WETTEKSTEN

Art.416 S.W.B.

Er is noch misdaad noch wanbedrijf wanneer de doodslag, de verwondingen en de slagen geboden zijn door de ogenblikkelijke noodzaak van wettige verdediging van zichzelf of van een ander.

Art.417 S.W.B.

Onder de gevallen van ogenblikkelijke noodzaak van de verdediging worden de twee volgende gevallen begrepen :

1. Wanneer de doodslag gepleegd wordt, wanneer de verwondingen of slagen toegebracht worden bij het afweren bij nacht van de beklimming of de braak van de afsluitingen, muren of toegangen van een bewoond huis of appartement of de aanhorigheden ervan, behalve wanneer de dader niet kon geloven aan een aanranding van personen, hetzij als rechtstreeks doel van hij die poogt in te klimmen of in te breken, hetzij als gevolg van de weerstand welke diens voornemen mocht ontmoeten.

2. Wanneer het feit plaats heeft bij het zich verdedigen tegen de daders van diefstal of plundering die met geweld tegen personen wordt gepleegd. Doodslag, slagen of verwondingen tegen een inbreker bij dag wordt niet gerechtvaardigd door art.417 S.W.B. wel zal niet de gewone straf uitgesproken worden omdat men de omstandigheid zal kenmerken als een strafverminderende verschoningsgrond.

Vrijwilligerswetgeving

Nieuwe vrijwilligerswet vanaf 1 augustus 2006! Vanaf 1 augustus 2006 trad de nieuwe wet over het statuut van de vrijwilliger in werking. Deze heeft ook verschillende implicaties voor onze sportclub. De belangrijkste krachtlijnen zijn de informatieplicht en de verzekerplicht (gaat pas in op 1 januari 2007).

In bijlage vindt u de brochure met alle info die van belang is voor een (sport)club om in orde te zijn met de nieuwe wetgeving (informatieplicht, verzekerplicht, maximum vergoedingen) en modeldocumenten (achteraan in de brochure).

De vrijwilligers die zich inzetten in de clubs van de Vlaamse Ju-Jitsu Federatie zijn via de polis van de VJJF bij Arena verzekerd voor burgerlijke aansprakelijkheid. Elke club is zelf verantwoordelijk om haar vrijwilligers te informeren over hun rechten en plichten voor 1 augustus. Deze informatieplicht wordt gerealiseerd via onderstaande vrijwilligersovereenkomst op de website:

OVEREENKOMST HOUDENDE DE INFORMATIEPLICHT

Gegevens sportclub
  • Naam: Isshin

  • Adres: Abelestationsstraat 14 D Poperinge

  • Tel.: 0472-599091

  • E-mail: isshin.poperinge@telenet.be

  • Onbaatzuchtige doelstelling: sportclub ju-jitsu

  • Juridisch statuut: VZW in opbouw

  • Identiteit van de verantwoordelijke(n) van de vereniging (enkel voor feitelijke verenigingen verplicht):

  • ISSHIN POPERINGE

Verzekeringsinformatie
Waarborg waarvoor een verzekeringspolis werd afgesloten:
  • Voor vrijwilligers die lid zijn van de VJJF:

  • lichamelijke ongevallen

  • de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de organisatie met uitzondering van de contractuele aansprakelijkheid

  • Voor vrijwilligers die geen lid zijn van de VJJF:

  • de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de organisatie met uitzondering van de contractuele aansprakelijkheid

Maatschappij waarbij polis werd afgesloten: Arena nv
Polisnummer:
  • L.O. 1.113.482

  • B.A. 1.113.483

Kostenvergoedingen

De sportclub betaalt de kosten die gemaakt zijn in het kader van het vrijwilligerswerk in volgende gevallen: vervoerskosten, werkzaamheden aan en rond de zaal en mits overhandiging van de juiste bewijsstukken ( bvb. aankoopfactuur)

Geheimhoudingsplicht

Indien je als vrijwilliger kennis krijgt van geheimen die je zijn toevertrouwd in het kader van het vrijwilligerswerk mag je deze, overeenkomstig artikel 458 van het strafwetboek, niet bekend maken tenzij de wet je hiertoe zou dwingen of indien je een getuigenis zou moeten afleggen. Overtreding van deze verplichting kan worden gestraft met gevangenisstraf en een geldboete.

Alternatief kan je ook artikel 458 van het strafwetboek integraal overnemen: Als vrijwilliger ben je gehouden tot de geheimhoudingsplicht zoals omschreven in het hiernavolgend artikel 458 van het strafwetboek: Geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat of beroep kennis dragen geheimen die hun zijn toevertrouwd en deze bekendmaken buiten het geval dat zij geroepen worden om in rechte (of voor een parlementaire onderzoekscommissie) getuigenis af te leggen en buiten het geval dat de wet hen verplicht deze geheimen bekend te maken, wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met een geldboete van honderd tot vijfhonderd frank.

Privacy op het internet

Geregeld worden er door de trainers en/of assistenten van Isshin Poperinge tijdens trainingen, stages of andere clubactiviteiten foto ' s en of beeldopnamen gemaakt van de clubleden. Conform het advies NR 38/ 2002 van 16 september 2002 (zie bijlage) van de Privacy Commissie worden deze opnames enkel gebruikt om deze op de website van Isshin te plaatsen. De doelstelling hierbij is de uitstraling van club naar de buitenwereld alsook om de mogelijkheid te bieden aan de clubleden, hun familie en vrienden hen aan het werk te zien binnen de activiteiten van Isshin. Deze beelden worden niet aan derden verspreid .

De GDPR is de nieuwe wetgeving die de Europese burger beschermt op vlak van verwerking van persoonsgegevens . Vanaf 25 mei 2018 is de nieuwe wetgeving van toepassing. Aan de ouders wordt via de inschrijvingsfiche en geregeld via de digitale Nieuwsbrief de toestemming gevraagd om foto ' s en beeldopnames van minderjarigen te mogen maken en om deze op de clubwebsite te mogen plaatsen. Wie deze toestemming wenst te herzien of wenst dat bepaalde opnames van de site worden verwijderd, neemt hiervoor contact op met Isshin.

Etikette, powerpoint voor de jeugd